Clover Yo-Yo Maker Groot

Als we het hebben over jojo's in quilten en patchwork, hebben we het niet over het klassieke speelgoed dat we allemaal kennen. Een jojo in quilten is (meestal) een rond stuk stof dat rond de rand wordt gescheurd en dan wordt samengetrokken tot een platte ronde lus. Deze quilttechniek werd populair in de jaren 1920 en de populariteit ervan duurde voort tot in de jaren 1940. Yo-yo's werden aan elkaar genaaid door ze aan vier randen aan elkaar te naaien om mooie spreien of decoraties te maken.

Hier is een slimme jojo-maker van Clover in maat Large.

Hoe maak je een jojo?

• Leg uw jojo-maker op de goede kant van de stof en teken met een potlood of kleermakerskrijt. Laat ongeveer 1,5 cm tussen elke cirkel.
• Knip de cirkels uit met ongeveer 0,5 cm naadtoeslag.
• Rijg een naald in met naaigaren (bij voorkeur quiltgaren, dat duurzamer is dan gewoon katoendraad). Als u gewoon garen gebruikt, gebruik dan twee draden.
• Leg een knoop aan het eind van het garen en steek de naald vanaf de verkeerde kant door de stof terwijl u de cirkel langs de lijn naar beneden vouwt. De naald en draad gaan door beide lagen stof, waardoor een naadtoeslag ontstaat.
• Ga helemaal rond en vouw de naadtoeslag naar beneden. Als u terugkomt bij het begin, trekt u voorzichtig aan de draad om deze in een lus te trekken. Laat een gat in het midden van de jojo.
• Weef de draad goed door en eindig met een knoop voor extra veiligheid. Knip de lange draden af, leg een nieuwe knoop en maak nog een jojo.